maandag 3 oktober 2011

Trainers marechaussee missie Kunduz zonder werk door Nederlandse voorwaarden

Er zijn nauwelijks agenten in Kunduz die door Nederlanders kunnen worden getraind omdat de eisen van Den Haag veel beperkingen op leggen. Het mandaat botst met de Afghaanse realiteit waardoor leden van de Koninklijke Marechaussee in Afghanistan zonder werk zitten.

Dat meldt verslaggever Emilie van Outeren maandag in NRC Handelsblad. Bondgenoten in Kunduz zien Nederland als een lastpak. De eerste basiscursus is zaterdag wel van start gegaan, maar het Nederlandse mandaat botst met de realiteit.

Basiscursus begonnen
Van Outeren meldt dat de eerste Nederlandse basiscursus zaterdag van start is gegaan en dat dertig popelende Afghaanse politiemannen onder leiding van marechaussee Ron Stobbelaar aan de achtweekse basisopleiding zijn begonnen.

In deze cursus leren ze onder meer fouilleren, schieten en lezen. Maar vijf van de cursisten kunnen lezen. Stobbelaar geeft daarom les met behulp van tekeningen op het bord en speelt situaties na met Playmobil-poppetjes.

Nederlandse trainers zijn eind augustus begonnen met het geven van de tienweekse vervolgopleiding aan Afghaanse agenten..

Mandaat botst met realiteit
Het mandaat waarmee de Nederlandse regering militairen op missie naar Kunduz heeft gestuurd, botst opnieuw met de realiteit in Afghanistan, aldus de NRC.

Uitsluitend politieagenten opleiden is lastig voor de internationale partners in Kunduz.

Nederland heeft in Kunduz te maken met de NAVO, het Afghaanse ministerie van Binnenlandse Zaken en Duitsland dat het politietrainingscentrum bouwt waar de lessen plaatsvinden en die het merendeel van de trainingen voor zijn rekening neemt.

Marechaussees zonder werk
De politieke beperkingen die zijn opgelegd zorgen ervoor dat een deel van de leden van de Koninklijke marechaussee nu werkeloos het einde van hun termijn in Kunduz afwachten.

Maar twee van de twintig daarvoor bedoelde marechaussees komen toe aan het daadwerkelijk opleiden van de agenten.

Er waren onvoldoende agenten om meer dan één klas voor de basisopleiding te vullen, voordat de eerste lichting militairen volgende maand weer uit Kunduz vertrekt.

Marechaussee Ron Stobbelaar zegt in de krant dat het aan de knellende beperkingen ligt dat zijn collega’s nu niets om handen hebben.

Hij zegt: “Ik hoop dat ze er in Den Haag over nadenken hoeveel mensen ze hiernaartoe sturen. Het zou veel slimmer zijn om naar behoefte trainers te sturen, want nu zitten hier mensen voor niks. Alles moet conform het mandaat en daar hebben wij last van.”

Nederland lastpak
De NRC meldt dat de klassen in het trainingscentrum tot nu toe afwisselend bestonden uit grenspolitie en lokale politie. Deze agenten krijgen hetzelfde lesprogramma. Later werd besloten waar de agenten gingen werken.

Nu moet rekening worden gehouden met de door Den Haag opgelegde beperkingen. De grenspolitie mogen Nederlanders niet opleiden.

Bernd Schuhmann, het plaatsvervangend hoofd van het Duitse opleidingscentrum, zegt in de krant “Nederland maakt het ons wel lastig.”

Met moeite kon een klas samen worden gesteld met agenten die aan het Nederlandse profiel voldeden. Hierdoor komen maar twee van de twintig daarvoor bedoelde Nederlandse marechaussees aan het daadwerkelijk opleiden van agenten.

Zie ook:
Explosievenruimers eersten die een les aan Afghaanse agenten geven in Kunduz