vrijdag 29 juni 2012

Een dag op Camp Windmill in aflevering 8 van Dagboek Kunduz

Aflevering 8 van de videoserie Dagboek Kunduz, getiteld “Een dag op het kamp”, volgt de Nederlandse politietrainers op de vrije ochtend die ze hebben, en onder andere politietrainer Niels, waarvan de vrouw thuis hoogzwanger is.

Terwijl de meeste Afghanen de vrijdag in de moskee doorbrengen, hebben de militairen, politietrainers en diplomaten van de politietrainingsmissie in Kunduz vrijdagochtend vrij. Zij amuseren zich dan met hun huisdieren of op de sportschool.

Op de basis is ook een bazaar. Politietrainers Ahmad neemt er een kijkje en weet een product voor 7 euro goedkoper te krijgen.

Explosievendeskundige Oege, die tot taak heeft om de routes voor zijn collega’s te beveiligen, verzorgt op zijn vrije ochtend zijn schildpadden.

Wekelijks appel
Vaste prik op vrijdag is het appel. Hierbij praat kolonel Jarst de Jong, de huidige commandant van de politiemissie in Kunduz, de mannen en vrouwen van de missie bij.

Wat heeft hij deze week aan zijn manschappen te vertellen?

Veldpost van huis
Het hoogtepunt van de week is de post van het thuisfront. Als de kaartjes, foto’s en voedselpakketten binnenstromen, heerst er een echte feeststemming op Camp Windmill.

Politietrainer Niels kijkt reikhalzend uit naar de echo van zijn ongeboren kind. Hoe zal hun liefdesbaby eruit zien? De baby wordt eind juli verwacht en Niels hoopt dan in Nederland te kunnen zijn.

Dagblad De Telegraaf geeft in Dagboek Kunduz zes weken lang antwoord op de vraag wie de mensen zijn die een comfortabel leven in Nederland verruilen voor de zware omstandigheden in Afghanistan.

Negen deelnemers aan de politietrainingsmissie hebben een camera meegekregen en filmen alles wat ze meemaken.

Elke maandag en vrijdag is er een nieuwe aflevering. Deze keer verscheen er ook een aflevering op donderdag.

donderdag 28 juni 2012

Generaal Hans Wehren en Henk-Jan Ormel bezoeken missie Afghanistan

Luitenant-generaal Hans Wehren, de nieuwe plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten, heeft de afgelopen dagen samen met CDA-kamerlid Henk-Jan Ormel een bezoek gebracht aan de Nederlandse troepen in Afghanistan.

Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie woensdag gemeld. Wehren en Ormel lieten zich in Mazar-e-Sharif, Kunduz en Kabul uitgebreid informeren over de Nederlandse inspanningen in Afghanistan.

Hans Wehren. is sinds 6 weken plaatsvervangend Commandant der Strijdkrachten. Henk-Jan Ormel is lid van de Vaste Kamercommissie voor Buitenlandse Zaken en plaatsvervangend lid bij de Defensiecommissie.

Wehren zei dat hij nu “met eigen ogen heeft gezien hoe professioneel de Nederlanders hun werk doen”.

“Ook heb ik het enthousiasme van onze mensen ervaren. Onze Afghaanse en internationale partners spraken allemaal hun waardering uit over de kwaliteit van de Nederlandse inzet,” aldus Wehren.

Luchtsteun Mazar-e-Sharif
De reis van Hans Wehren en Henk-Jan Ormel begon in de Noord-Afghaanse stad Mazar-e-Sharif.

Hier zijn momenteel 4 Nederlandse F-16’s van de Air Task Force (ATF) paraat. Op Camp Marmal bij deze Noord-Afghaanse stad wordt ook de logistiek voor de politietrainingsmissie verzorgd.

Mazar-e-Sharif is de hoofdstad van de provincie Balkh, de westelijke buurprovincie van Kunduz.

Vanaf het vliegveld van Camp Marmal stijgen F-16’s op voor het verzamelen van inlichtingen door fotoverkenning.

Ook leveren de gevechtsvliegtuigen luchtsteun aan de politietrainers in Kunduz en helpen zij eventueel Afghaanse en coalitie-eenheden in noodsituaties.

Aan de ATF zijn ongeveer 120 manschappen verbonden. De F-16's mogen boven heel Afghanistan in actie komen en indien noordzakelijk hun wapensystemen inzetten.

De delegatie sprak verschillende specialisten van de Air Task Force en personeel van de ondersteuningseenheid National Support Element (NSE) over deze werkzaamheden.

Voortgang Kunduz
Het gezelschap liet zich in Kunduz bijpraten over de voortgang van de politietrainingsmissie. De derde lichting van de Police Training Group (PTG 3), onder leiding van kolonel Jarst de Jong en civiel vertegenwoordiger Simon van de Burg, is ongeveer twee maanden aan de slag.

De PTG traint de Afghaanse politie nu in 3 van de 7 districten van de provincie Kunduz; Kunduz, Khanabad en Aliabad, en investeert veel in de opbouw van de rechtstaatketen.

De plaatsvervangend CDS zag hoe de Police Operational Mentor and Liaison Teams (POMLTs) hun mentorings- en trainingsactiviteiten in de praktijk vormgeven in het derde district Aliabad. Ook bekeek de delegatie opleidingscentra.

Kabul
In Kabul werd het programma afgesloten met bezoeken aan de Nederlandse ambassade en de hoofdkwartieren van de Europese politietrainingsmissie (EUPOL) en de International Security Assistance Force (ISAF-missie) van de NAVO in Afghanistan.

woensdag 27 juni 2012

EOD vernietigt groot aantal explosieven in Kunduz

De Nederlandse explosievenruimers die deelnemen aan de politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz hebben de afgelopen week een grote hoeveelheid munitie onschadelijk gemaakt.

Een woordvoerder van het ministerie van Defensie meldde dinsdag dat de Nederlandse explosievenruimers van de Police Training Group (PTG) in Kunduz een groot aantal granaten en enkele raketten vernietigden.

Een veiligheidsfunctionaris in het district Khanabad droeg deze en een aantal geïmproviseerde explosieven (IED’s) over tijdens een bezoek van de Nederlandse trainers.

De politietrainers hebben enkele onderdelen van de bommen meegenomen voor verder onderzoek door de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD).

Een Nederlandse EOD-eenheid assisteerde ook bij het onderzoeken van overblijfselen van een IED die voortijdig was ontploft.

Na 32 jaar oorlog en burgeroorlog ligt er in Afghanistan her en der veel onontplofte munitie die een groot gevaar vormt voor onder meer kinderen die ermee kunnen gaan spelen.

Opstandelingengroepen blijven ook steeds weer nieuwe bermbommen plaatsen om daarmee buitenlandse en Afghaanse veiligheidsdiensten aan te vallen.

Nieuwe huisvesting voor politietrainers Kunduz

De Nederlanders die in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz deelnemen aan de politietrainingsmissie slapen vanaf deze week in nieuwe stenen onderkomens.

Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie dinsdag bekendgemaakt. De solide stenen nieuwbouw voldoet volgens Defensie aan hoge veiligheidseisen en kan ook na de missie door de Afghanen worden gebruikt.

Defensie zegt dat de gebouwen in Kunduz, na het vertrek van de Nederlanders, kunnen dienen als campus voor de universiteit in de stad.

Op deze manier levert Nederland een duurzame bijdrage aan de stabiliteit en ontwikkeling van Afghanistan.

Aan de Nederlandse politietrainingsmissie in Afghanistan nemen per rotatie ongeveer 545 militairen, diplomaten en politiefunctionarissen deel. Ongeveer 350 van deze mannen en vrouwen zijn gestationeerd op Camp Windmill in Kunduz.

Dagboek Kunduz aflevering 7, missie op stoom en op de smokkelroute

In aflevering 7 van Dagboek Kunduz werd maandag aandacht besteed aan de weg van Kabul naar Kunduz. Dit is voor smokkelaars een geliefde smokkelroute.

Politietrainer Ahmad bekijkt daarom op de checkpoints in het gebied of Afghaanse politieagenten op de juiste manier fouilleren, omdat het van belang is deze locaties goed te beveiligen.

Ahmad verlaat daarom met collega’s de basis Camp Windmill, om te kijken of de agenten zich in de “harde realiteit staande weten te houden”.

Dit is niet zonder gevaar. Hij zegt: “Je staat dan schouder aan schouder met Afghaanse agenten, en als er wat gebeurt…. Dan ga je.”

Hij komt tot de conclusie dat de lessen van de Nederlanders vruchten afwerpen, maar dat er nog punten verbeterd moeten worden.

Het gaat er nogal chaotisch aan toe op het checkpoint, auto’s weten bijvoorbeeld de agenten te passeren, en daar schuilt een gevaar in.

Kolonel De Jong naar omringende districten
Omdat de politietrainingsmissie nu volledig op stoom ligt, gaat in deze aflevering, getiteld “Missie op stoom”, de commandant van de missie in Kunduz naar omringende districten.

Kolonel Jarst de Jong wil in Aliabad en Khanabad praten over de uitbreiding van de missie naar deze districten.

De diplomaten Simon en Maarten vergezellen De Jong naar Khanabad.

De aflevering laat ook zien hoe de manier van vergaderen is in Afghanistan.

Onderweg naar het district Aliabad ligt er mogelijk een bermbom verstopt. Dit wordt onderzocht en het blijkt loos alarm.

Dagblad De Telegraaf geeft in Dagboek Kunduz zes weken lang antwoord op de vraag wie de mensen zijn die een comfortabel leven in Nederland verruilen voor de zware omstandigheden in Afghanistan.

Elke maandag en vrijdag is er een nieuwe aflevering.

zaterdag 23 juni 2012

"Bouwen aan de toekomst" in aflevering 6 van Dagboek Kunduz

In aflevering 6 van Dagboek Kunduz, “Bouwen aan de toekomst”, bezoekt de diplomaat Maarten enthousiast een lees- en schrijfles voor Afghaanse agenten en een les bij een controlepost.

Hij neemt ook deel aan een oefening waarbij een aanslag in scène wordt gezet.

Maarten bezoekt daarnaast de compound van de Verenigde Naties in de stad Kunduz, die eerder dit jaar werd aangevallen tijdens de Koranrellen in de stad. Vervolgens werd het VN-personeel geëvacueerd.

Hij is blij dat de medewerkers van de VN weer terug zijn gekeerd naar het gebouw en noemt het werk dat ze doen “heel erg belangrijk voor Afghanistan”.

De verpleegkundige Bo en explosievendeskundige Oege verlaten in de aflevering de poort om een nieuwe trainingslocatie te bekijken. Ze zijn extra alert op bermbommen.

In de avond kunnen ze niet meer terugkeren naar Camp Windmill, het Nederlandse onderkomen op Kamp Kunduz, en ze moeten de nacht buiten het kamp doorbrengen.

In de videoserie Dagboek Kunduz in De Telegraaf geven deelnemers aan de politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz zes weken lang antwoord op de vraag waarom ze een comfortabel leven in Nederland verruilen voor de zware omstandigheden in Afghanistan.

Elke vrijdag en maandag is er een nieuwe aflevering.


Leijtens en de Kruif reiken Herinneringsmedaille Vredesoperaties uit aan deelnemers politiemissie Kunduz

Diplomaten van het ministerie van Buitenlandse Zaken en 380 militairen van al de vier krijgsmachtdelen hebben vrijdag in Zwolle de Herinneringsmedaille voor Vredesoperaties ontvangen.

Het ministerie van Defensie bericht dat de manschappen het eremetaal kregen vanwege hun deelname aan de politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz.

Commandant Koninklijke Marechaussee, luitenant-generaal Hans Leijtens, en zijn landmachtcollega en ranggenoot Mart de Kruif reikten de onderscheidingen uit in de IJsselhallen in Zwolle.

De diplomaten en militairen maakten deel uit van de tweede lichting (PTG 2) van de geïntegreerde politietrainingsmissie, in de periode oktober 2011 tot afgelopen mei.

In mei meldde Defensie dat de missie goed op stoom ligt en de Nederlanders het vertrouwen hebben weten te winnen van de Afghanen.

Er is een goed lesprogramma opgezet met een goede balans tussen theorie en praktijk. Er werd ook een video bij uitgegeven.

Vruchtbare samenwerking
Hans Leijtens sprak lovende woorden. Hij zei: “Ik heb met eigen ogen kunnen zien hoe vruchtbaar de samenwerking is geweest, onderling maar ook met de Afghanen. Jullie moesten je taak onder moeilijke omstandigheden uitvoeren, maar hierdoor zijn wel essentiële stappen gezet in het vergroten van het vertrouwen van de Afghaanse bevolking in hun rechtssysteem.”

Tijdens de ceremonie kreeg 44 Pantserinfanteriebataljon Regiment infanterie Johan Willem Friso tevens een nieuwe vlaggenband of cravate uitgereikt voor hun deelname aan de politietrainingsmissie in Kunduz.

Deze werd door luitenant-generaal Leijtens bevestigd aan de uitzendvlag van de eenheid.

De Nederlandse politietrainingsmissie in Afghanistan is bedoeld om het Afghaanse civiele politieapparaat te versterken en het justitiële systeem verder te ontwikkelen.

De missie duurt tot 2014 en er nemen per rotatie ongeveer 545 manschappen aan deel.

Donderdag kregen al 130 militairen, van voornamelijk de luchtmacht die ook waren uitgezonden, op de Vliegbasis Volkel van luitenant-generaal Sander Schnitger, de commandant van de Koninklijke Luchtmacht, de Herinneringsmedaille Vredesoperaties uitgereikt.

Zie ook:
Sander Schnitger bij uitreiking Herinneringsmedailles Vredesoperaties: F-16 onmisbaar bij missie Kunduz
Video resultaten missie Kunduz tweede politietrainingsgroep (PTG-2)

woensdag 20 juni 2012

Politietrainingsmissie Kunduz uitgebreid naar district Aliabad

De Nederlandse politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz is uitgebreid naar het district Aliabad.

Dat heeft de regering dinsdag in een brief over de voortgang van de missie in Afghanistan aan de Tweede Kamer geschreven.

De regering schrijft: “In juni zijn de eerste POMLT-activiteiten in het district Aliabad gestart.”

POMLTs trainen en begeleiden de Afghaanse politie in Kunduz buiten de poorten van het kamp.

De regering schrijft verder dat “afhankelijk van de geboekte vooruitgang de POMLT-begeleiding stapsgewijs wordt gericht op andere politie-eenheden in de provincie Kunduz.”

Dit gebeurt waar de veiligheidssituatie dit toelaat en community policing mogelijk is. In juni zijn de eerste POMLT-activiteiten in het district Aliabad gestart.

In maart dit jaar werd de politietrainingsmissie al uitgebreid naar het district Khanabad.

De regering bericht dat inmiddels ongeveer 60 agenten uit Kunduz en Khanabad de aanvullende tienweekse opleiding hebben voltooid en er ongeveer 40 in opleiding zijn. Daarnaast zijn er ongeveer 125 maatwerkopleidingen gegeven.

Bezoek aan Aliabad
Nederlandse deelnemers aan de politiemissie brachten eerder al een bezoek aan een checkpoint in Aliabad van de Afghaanse politie. Daar werden alfabetiseringslessen gegeven.

Rechtsstaatadviseur Caecilia Wijgers en civiel vertegenwoordiger Simon van der Burg bezochten dit checkpoint en diverse Afghaanse functionarissen in de rechtsketen.

Aliabad is een van de zeven districten in de provincie Kunduz en ligt ten zuiden van de hoofdstad Kunduz-Stad van de provincie.

Kwaliteitsverbetering
Het ministerie van Defensie bericht woensdag over de brief van de regering aan de Kamer dat de Geïntegreerde Politie Trainingsmissie, sinds de start bijna een jaar geleden, volledig op stoom is.

In steeds grotere delen van de provincie Kunduz worden agenten opgeleid en begeleid. Daarmee verbetert de missie de kwaliteit van de Afghaanse politie.

De integrale aanpak levert veel waardering op van de agenten, commandanten en internationale partners.

De relatie tussen Nederlandse trainers en de Afghaanse civiele politie en lokale overheid is inmiddels zo goed dat opleidingen, mentorings- en begeleidingsactiviteiten prima zijn toe te snijden op de actuele situatie.

Nederlandse politietrainers verzorgen nu opleidingen voor Afghaanse agenten in drie van de zeven districten in de provincie Kunduz. Dit zijn de districten Kunduz, Khanabad en Aliabad.

Zie ook:
Kamerbrief juni politietrainingsmissie Afghanistan
Eerste agenten uit Khan Abad op cursus in Kunduz, POMLTs ook naar Khan Abad

Kamerbrief juni 2012 over politietrainingsmissie Afghanistan

De ministers Uri Rosenthal (BZ), Hans Hillen (Defensie), Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) en staatssecretaris Ben Knapen (Buitenlandse Zaken) hebben dinsdag een brief aan de Tweede Kamer gestuurd over de stand van zaken van de politietrainingsmissie in Kunduz en de politieke ontwikkelingen in Afghanistan in maart, april en mei 2012.

(Zie ook op de site van de Rijksoverheid).

Kamerbrief over politietrainingsmissie Afghanistan
Kamerstuk: Kamerbrief | 19-06-2012

Brief van de ministers Rosenthal (BZ), Hillen (Def), Opstelten (VenJ) en staatssecretaris Knapen (BZ) over de stand van zaken van de politietrainingsmissie en de politieke ontwikkelingen in Afghanistan in maart, april en mei 2012.


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
Den Haag

Datum 19 juni 2012
Betreft Stand van zaken brief politietrainingsmissie Afghanistan

Ministerie van Buitenlandse Zaken
Postbus 20061
2500 EB Den Haag

Ministerie van Defensie
Postbus 20701
2500 ES Den Haag

Ministerie van Veiligheid en Justitie
Postbus 20011
2500 EA Den Haag

Onze Referentie
DVB/CV-169/12

Geachte Voorzitter,

Met deze brief wordt u geïnformeerd over de stand van zaken van de Geïntegreerde politietrainingsmissie en de algemene politieke ontwikkelingen in Afghanistan in de maanden maart, april en mei 2012. Dit is een vervolg op de stand van zakenbrief van 12 maart jl. (Kamerstuk 27925, nr.453).

Algemene politieke ontwikkelingen
De afgelopen periode is vooruitgang geboekt in het transitieproces. Op 13 mei jl. besloot president Karzai dat het overgrote deel van het land – inclusief zes van de zeven districten van de provincie Kunduz – formeel in het transitieproces zou worden opgenomen. De feitelijke overdracht van verantwoordelijkheden van ISAF naar Afghaanse autoriteiten in deze gebieden zal de komende maanden geleidelijk plaatsvinden. Nederland blijft gedurende dit proces in Kunduz investeren in de capaciteitsopbouw van de civiele politie en justitie tot medio 2014.

De internationale betrokkenheid bij Afghanistan op de lange termijn is de afgelopen periode herbevestigd. Tijdens de NAVO-Top in Chicago is de financiering van de ANSF na 2014 zo goed als zeker gesteld en zijn de contouren vastgelegd voor de post-2014 NAVO-betrokkenheid bij Afghanistan na 2014. Het bondgenootschap zal zich dan richten op training, advies en assistentie aan het Afghaanse leger- en politieapparaat. Ook de EU heeft de betrokkenheid op de lange termijn onlangs herbevestigd in raadsconclusies.

Tijdens de Tokio-conferentie op 8 juli as. wordt met de Afghaanse regering gesproken over de lange termijn steun aan de sociaaleconomische ontwikkeling van het land. Ook wordt gesproken over de noodzakelijke Afghaanse politieke inspanningen om de voortzetting van deze steun te verzekeren. Het kabinet is van mening dat er naast steun aan de Afghaanse veiligheidssector evenzeer aandacht moet zijn voor ontwikkeling. Beide zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en essentieel voor duurzame stabiliteit. Na 2014 dient daarom naast financiële steun aan de veiligheidssector een substantiële bijdrage aan de bredere sociaaleconomische ontwikkeling van Afghanistan te worden geleverd. Het kabinet is voorstander van voortzetting van de lijn die gekozen is in het huidige Meerjarig Strategisch Plan (MJSP) en een blijvende OS-inspanning na 2014. Dit past bij de betrokkenheid van Nederland bij Afghanistan als partnerland.

De hulp zal gepaard moeten gaan met een verzakelijking in de OS-relatie met Afghanistan. Nederland pleit voor concrete indicatoren op het gebied van goed bestuur, corruptiebestrijding, de rechtsstaat, mensenrechten, electorale hervormingen en public finance management. Het kabinet beziet momenteel op welke wijze Nederland voorafgaand aan de conferentie een bijeenkomst van Afghaanse NGO’s kan steunen om zo de inbreng van het Afghaanse middenveld in de discussie over de toekomst van Afghanistan te verbeteren.

Begin van de maand is vernomen dat het UNDP Office of Audit and Investigation een onderzoek heeft ingesteld naar aanleiding van beschuldigingen van fraude en wanbeheer bij het Law and Order Trust Fund (LOTFA) van UNDP in Afghanistan voor een bedrag van USD 2.2 miljoen. Het gaat vooralsnog om beschuldigingen maar UNDP neemt de kwestie uiterst serieus. Het LOTFA is sinds 2002 verantwoordelijk voor de financiering van de opbouw van de Afghaanse politie. Nederland heeft sinds 2003 jaarlijks aan het fonds bijgedragen. Vooralsnog zijn er geen aanwijzingen dat de fraude betrekking heeft op de Nederlandse bijdrage. UNDP voert een zero tolerance beleid ten aanzien van fraude en zal, indien de uitkomsten van dit onderzoek daar aanleiding toe geven, gepaste maatregelen nemen. De Nederlandse ambassade is in nauw contact met UNDP over deze zaak en wordt goed op de hoogte gehouden over de voortgang van het onderzoek. Zodra de resultaten van het onderzoek bekend zijn, zal het kabinet uw Kamer nader informeren, ook over mogelijke vervolgstappen ten aanzien van de Nederlandse bijdrage aan het LOTFA voor 2012.

Op het terrein van regionale samenwerking is voorzichtige vooruitgang geboekt sinds de Istanbulconferentie van 2 november 2011. Tijdens een regionale ministeriële bijeenkomst op 14 juni jl. te Kabul hebben Afghanistan en de buurlanden maatregelen geïdentificeerd om het onderling vertrouwen te versterken. Stabiliteit in de regio en goede relaties tussen de buurlanden zijn voorwaarden voor een veilig en welvarend Afghanistan.

Er is tot dusver geen vooruitgang in het politieke vredesproces. De Taliban heeft de contacten nog altijd opgeschort en het beoogde Talibankantoor in Qatar is er nog niet. De liquidatie van vooraanstaande leden van de Hoge Vredesraad, zoals eerder op voorzitter Rabbani en recenter op voormalig Taliban-minister van Hoger Onderwijs Arsala Rahmani, zijn een grote tegenslag. Het kabinet acht verzoening en een politieke oplossing essentieel voor de toekomst van Afghanistan. Inclusiviteit, respect voor mensenrechten en het tegengaan van straffeloosheid zijn in dit verband cruciaal. Nederland voert hierover regelmatig gesprekken met de Afghaanse regering en met andere belanghebbenden zoals de VS en Europese partners, en steunt mensenrechten- en vrouwenorganisaties die actief zijn op dit gebied. In Kunduz investeert Nederland in het versterken van de lokale capaciteit om zelf conflicten op te lossen. Dergelijke lokale activiteiten vergroten het draagvlak voor verzoening en spelen een indirecte rol in het nationale vredesproces.

Daarnaast steunt Nederland het Afghanistan Peace en Reintegration Program (APRP). Door financiële steun aan het APRP wordt een directe mogelijkheid gecreëerd om mee te praten over verzoening en re-integratie en de richting van het politieke proces te beïnvloeden. Wel is het van belang kritisch te blijven kijken naar het functioneren van dit programma. Nederland zal de komende tijd pleiten voor een onafhankelijke evaluatie van het programma en het formuleren van heldere benchmarks zodat de voortgang van het APRP beter inzichtelijk kan worden gemaakt.

Geïntegreerde politietrainingsmissie
De geïntegreerde politietrainingsmissie is bijna een jaar geleden gestart. In de bijlage bij deze brief worden conform de toezegging aan uw Kamer de resultaatindicatoren en de resultaatmetingsystematiek nader uiteen gezet, alsmede de resultaten die de afgelopen maanden zijn behaald.

In Kabul wordt beleid ontwikkeld voor de Afghaanse politie in het licht van de overgang van transitie naar transformatie. Dit proces wordt voorbereid en begeleid door de International Police Coordination Board (IPCB), voorgezeten door de Afghaanse minister van Binnenlandse Zaken en ondersteund door een secretariaat dat het afgelopen jaar werd geleid door een bij EUPOL gedetacheerde Nederlandse diplomaat. Op 3 mei jl. werd dit proces ingeluid door een conferentie met deskundigen van de Afghaanse autoriteiten, NTM-A, EUPOL, VN en diplomaten. Besloten is deze zomer in drie werkgroepen concrete plannen uit te werken, waarbij de strategische doelen van EUPOL als richtsnoer worden genomen (lange-termijn-ontwikkeling van de ANP, institutionele hervorming van het ministerie van Binnenlandse Zaken en versterking van de samenwerking tussen politie en justitie).

In Kunduz heeft de missie synergie kunnen realiseren tussen de verschillende activiteiten. Zo worden de mentoringsactiviteiten van EUPOL ten behoeve van het midden en hoger kader van de politie afgestemd op die van de POMLTs, die door de aard van hun activiteiten goed op de hoogte zijn van de praktische problemen en de uitdagingen in het dagelijkse werk van agenten op straat. EUPOL beziet momenteel mogelijkheden voor het begeleiden van het midden- en hoger kader van de AUP in het district Khanabad, voortbouwend op de contacten die de POMLTs daar hebben gelegd. De POMLTs werken ook nauw samen met de organisaties die het rule of law programma uitvoeren en dragen zo bij aan verdere versterking van de relatie tussen de Afghaanse politie en de justitiële sector. Gezamenlijk georganiseerde activiteiten op het gebied van community policing en bewustzijnsvergroting onder de bevolking tonen de meerwaarde van de geïntegreerde benadering aan.

In de afgelopen rapportageperiode is verder geïnvesteerd in het vullen van het door Nederland geïntroduceerde agentvolgsysteem PMS (Police Monitoring System). Het bevat alle persoonsgegevens van AUP-agenten in Kunduz die door Nederland worden opgeleid en begeleid. Ook door EUPOL aangeleverde data van AUP-cursisten worden in het PMS ingevoerd. De missie is daarmee in staat om door Nederland opgeleide agenten te blijven volgen. De Chief of Police in Kunduz blijft zich coöperatief opstellen en heeft de civiele inzet van door Nederland opgeleide agenten tot nu toe consequent gegarandeerd. De missie deelt haar ervaringen op het terrein van tracking & tracing met de coalitiepartners, om hen te ondersteunen bij de verbetering van hun eigen methodes.

De missie heeft zich ook de afgelopen periode ingespannen voor de verbetering van de positie van Afghaanse vrouwen, een speerpunt dat bij alle activiteiten wordt meegenomen. Vrouwelijke politieagenten in Kunduz en Kabul hebben op maat gemaakte trainingen gekregen, waarmee zij beter in staat zijn zich te handhaven in hun moeilijke werkomgeving. In Kunduz is in het kader van het rule of law programma verder veel aandacht besteed aan de rechtspositie en de rechtstoegang van vrouwen, bijvoorbeeld met bewustmakingsactiviteiten en het bieden van rechtsbijstand door gespecialiseerde advocaten.

Het rule of law programma verloopt voorspoedig en wordt gewaardeerd door de plaatselijke bevolking. De mogelijkheden voor burgers in Kunduz om hun wensen en klachten kenbaar te maken bij de politie zijn toegenomen. Advocaten en functionarissen in de justitiële sector melden een verbeterde samenwerking met de politie en laten weten dat rechten van verdachten beter worden gerespecteerd. Medewerkers van de zogenaamde Huqooq-kantoren (verbindende schakel tussen
het formele en het informele rechtssysteem) stellen de Nederlandse ondersteuning op prijs en hebben verzocht deze voort te zetten.

De relatie met de Afghaanse civiele politie en de lokale overheid is versterkt, waardoor de opleidingen, mentorings- en begeleidingsactiviteiten goed kunnen worden toegesneden op de lokale context. Ook worden naast de reguliere opleidingen maatwerkopleidingen voor specifieke onderdelen van de politie ontwikkeld. Goede samenwerking van de districtsbestuurders in Khanabad maakte het mogelijk relatief snel met een POMLT van start te gaan met de aanvullende training van agenten uit dat district. Ook is een verbetering te zien in de wijze waarop provinciaal bestuur de coördinatie van de justitie instellingen ter hand neemt. De relatie met de internationale partners is eveneens goed en vertaalt zich in missiebrede samenwerking.

De recente afkondiging van de derde tranche van het transitieproces, waarmee nagenoeg de hele provincie Kunduz in transitie gaat, geeft een extra impuls om door te gaan met de investering in de kwaliteit van de civiele politie en de rule of law sector. Na de inzet van de POMLT in het district Khanabad is in juni besloten te beginnen met POMLT-activiteiten in het district Aliabad. Al naar gelang de veiligheidssituatie dit toestaat zal het werkgebied van de POMLTs binnen de provincie stapsgewijs verder worden uitgebreid.

De bijlage van deze brief bestaat uit drie delen. Deel 1 schetst de belangrijkste algemene (politieke) ontwikkelingen in Afghanistan. Vervolgens gaat deel 2 in op de resultaten van de Nederlandse geïntegreerde politietrainingsmissie. Tenslotte besteedt deel 3 aandacht aan de organisatorische aspecten van de missie.


De Minister van Buitenlandse Zaken, De Minister van Veiligheid en Justitie, De Minister van Defensie, De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken

Dr. U. Rosenthal
Mr. I.W. Opstelten
Drs. J.S.J. Hillen
Dr. B. Knapen


Bijlage Stand van Zakenbrief politietrainingsmissie Afghanistan

Deel 1: Algemene ontwikkelingen Veiligheidssituatie en transitie

Het aantal geweldsincidenten in Afghanistan lag in de eerste vijf maanden van 2012 lager dan in dezelfde periode het jaar ervoor. De Taliban hebben weliswaar met aanslagen in Kabul op 15 april en in berichten in de media op 2 mei de opening van het vechtseizoen aangekondigd, maar van een grootschalig gecoördineerd landelijk offensief is vooralsnog geen sprake. Wel neemt in (de aanloop naar) de zomerperiode het aantal geweldsincidenten toe. Recentelijk zijn enkele gecoördineerde aanslagen in vooral Zuid- en Oost-Afghanistan gepleegd.

Ook in Kunduz is het geweldsniveau de eerste vijf maanden van 2012 lager dan in dezelfde periode in 2011. De aanhoudende druk van Afghaanse veiligheidstroepen, operaties van special forces en het strenge winterweer hebben de uitgangspositie van de insurgency bij de aanvang van het zomerseizoen verzwakt. Een belangrijk deel van het insurgency-leiderschap is bovendien niet teruggekeerd uit Pakistan, waar het traditioneel in de winter verblijft om te recupereren.

Het is de verwachting dat het geweldsniveau in Kunduz over de rest van het jaar lager zal zijn dan in 2011. De nadruk van de insurgency ligt naar verwachting het komende jaar vooral op het verdedigen van een aantal gebieden van invloed. De meeste geweldsincidenten vinden plaats rondom gebieden waar Afghaanse
veiligheidstroepen de bewegingsvrijheid van insurgents bedreigen. De voortschrijdende footprint van de Afghaanse veiligheidstroepen kan de komende zomer dan ook lokaal zorgen voor een tijdelijke stijging van het aantal geweldsincidenten.

Transitie
Op 13 mei jl. heeft president Karzai de derde tranche van de transitie aangekondigd. Delen van alle 34 Afghaanse provincies, inclusief alle provinciale hoofdsteden, gaan hiermee in transitie. Ruim 75 procent van de Afghaanse bevolking woont daarmee in het transitiegebied. In Kunduz zijn alle districten, met uitzondering van het district Khanabad, opgenomen in de derde transitietranche. De verwachting is dat de transitie op korte termijn geen ongunstige gevolgen zal hebben voor de veiligheidssituatie in Kunduz. De vierde en tot slot de vijfde tranche van het transitieproces zullen waarschijnlijk in november 2012, respectievelijk juni 2013 worden afgekondigd.

Verzoening en re-integratie
Op 24 april jl. werd Salahuddin Rabbani, zoon van de vermoorde oud-president en voorzitter van de Hoge Vredesraad, Burhanuddin Rabbani, geïnstalleerd als nieuwe voorzitter van de Hoge Vredesraad. Hij heeft laten weten een consultatieve en inclusieve aanpak na te streven en meer samenwerking te zoeken met de provinciale vredesraden en maatschappelijke organisaties. Er is verdeeld gereageerd op de benoeming van Rabbani mede vanwege zijn relatief jonge leeftijd. Intussen is er niet veel vooruitgang geboekt in het vredesproces. Iedereen beseft dat verzoening een proces van lange adem zal zijn, waarbij ook tegenslagen zijn te verwachten en een succesvol vredesproces geen zekerheid is. Er zijn immers veel ‘spoilers’ die geen vrede willen. De vastberadenheid van de Hoge Vredesraad om het proces door te zetten, ondanks de vrees onder veel van de leden voor hun veiligheid, stemt daarom hoopvol. Ook de internationale gemeenschap, waaronder Nederland, blijft het door de Afghaanse regering ingezette pad naar vrede steunen.

Nederland levert een financiële bijdrage van € 2 miljoen aan het Afghanistan Peace and Reintegration Program. Het programma ondersteunt het werk van de Hoge Vredesraad en werkt tegelijkertijd aan het bereiken en overhalen van strijders om de wapens neer te leggen en te re-integreren. Inmiddels zijn er ongeveer 4000 personen biometrisch geregistreerd, ontwapend en formeel toegelaten tot het APRP. Daarnaast hebben nog bijna 2000 individuen aangegeven te willen deelnemen aan het programma.

Het APRP is het centrale instrument van de Afghaanse overheid en de internationale gemeenschap op het gebied van het vredesproces en re-integratie, maar heeft nog een lange weg te gaan. Na een trage start, begint het APRP op gang te komen. Zoals toegezegd tijdens het VAO over de NAVO-top in Chicago, zal Nederland in het donorforum van het APRP pleiten voor een onafhankelijke evaluatie. Zo kan op een gepast moment en op neutrale wijze het functioneren van het programma in kaart worden gebracht en waar nodig worden verbeterd.

Regionale betrekkingen en samenwerking
In reactie op het grensincident van 26 november 2011, waarbij 24 Pakistaanse militairen omkwamen besloot het Pakistaanse parlement de bilaterale relatie met de VS te herzien. Na een initiële opschorting zijn er inmiddels opnieuw contacten tussen Amerikaanse en Pakistaanse functionarissen, maar van een volledig herstel van de relaties is nog geen sprake. Ook is er nog geen overeenstemming over het volledig openen van de grenzen voor ISAF-transporten. De VS heeft op dat gebied het voortouw in de onderhandelingen. De NAVO heeft ondertussen een akkoord met Oezbekistan, Kirgizië en Kazachstan gesloten over ISAF-transporten.


Het ‘Heart of Asia’ proces dat in gang is gezet door de Istanbulconferentie van 2 november 2011 laat vooruitgang zien. Tijdens een ministeriële bijeenkomst op 14 juni jl. in Kabul hebben Afghanistan en de buurlanden maatregelen geïdentificeerd ter versterking van het onderling vertrouwen. Het gaat om samenwerkingsinitiatieven op het terrein van rampenbestrijding, bestrijding van terrorisme, counter-narcotica, Kamers van Koophandel, handel en economie, infrastructuur en onderwijs en wetenschap.

Op 2 en 3 mei jl. vond een conferentie plaats in Geneve met als thema ‘Duurzame oplossing voor Afghaanse vluchtelingen’. Tijdens deze conferentie presenteerden Pakistan, Afghanistan en Iran een gezamenlijke meerjarige strategie voor een integrale aanpak van de Afghaanse vluchtelingenproblematiek, opgesteld met ondersteuning van UNHCR. De strategie is gericht op het bereiken van een grotere Afghaanse absorptiecapaciteit en het ondersteunen van Iran en Pakistan om intussen het hoofd te kunnen blijven bieden aan de grote aantallen Afghaanse vluchtelingen in hun land. De terugkeerproblematiek is al jaren een gevoelig punt tussen de drie landen en het overeenkomen van deze gezamenlijke strategie is een belangrijke stap voorwaarts.

Electorale hervormingen
Met goedkeuring van president Karzai is de Afghaanse kiescommissie een consultatieproces aangegaan met het maatschappelijk middenveld over electorale hervormingen. In een bijeenkomst met vertegenwoordigers uit de politiek, academische wereld en maatschappelijke organisaties, sprak de commissie over een nieuwe conceptkieswet. Naast herziening van de kieswet wil de commissie ook gaan werken aan de kiezersregistratie en de verkiezingsprocedures.


Het kabinet verwelkomt dit initiatief van de kiescommissie. Electorale hervormingen zijn cruciaal voor de democratische ontwikkeling van Afghanistan. Draagvlak onder de bevolking is hierbij essentieel. Het is daarom van belang dat het verdere proces transparant verloopt en voldoende inclusief is. Kritiek van bijvoorbeeld de Free and Fair Election Foundation of Afghanistan (FEFA) op het consultatieproces moet de kiescommissie zich ter harte nemen. Ook moeten parlementariërs en provinciale vertegenwoordigers nauw betrokken worden bij het proces. De EU en de VN zullen het hervormingsproces actief blijven steunen, onder meer via het UNDP ELECT programma, waar ook Nederland aan bijdraagt.

Mensenrechten
De huidige inzet van mensenrechtenexperts, die speciale aandacht besteden aan de positie van religieuze minderheden, zorgt voor een goed overzicht van de nationale situatie, evenals de situatie in het noorden en Kunduz. De meest effectieve invloed op de bescherming van christelijke minderheden kan worden itgeoefend op nationaal niveau via stille diplomatie. De mensenrechtenexpert die geplaatst is bij de EU-delegatie in Kabul speelt hierin een belangrijke rol. Hij onderhoudt regelmatige contacten met internationale christelijke NGO’s, mensenrechtenactivisten en de Afghaanse Onafhankelijke Mensenrechtencommissie. Bij alle activiteiten moet voorzichtig worden gehandeld vanwege de grote gevoeligheid van het onderwerp bij de Afghaanse bevolking en parlement. Ook vertegenwoordigers van christelijke NGO’s en de betrokken
minderheden zelf geven aan voorzichtig op te treden om rekening te houden met de politieke en culturele gevoeligheid van het onderwerp. De mensenrechtenexpert heeft vorig jaar, toen er een aantal individuele zaken speelde, een coördinerende rol kunnen vervullen bij activiteiten van internationale partners (EU, VS, Canada).

Deel 2: Inhoudelijke rapportage over de doelstellingen van de geïntegreerde politietrainingsmissie

Dit gedeelte rapporteert over de voortgang van de geïntegreerde politietrainingsmissie per onderdeel van de missie, aan de hand van de thematische indeling van het geïntegreerde missieontwerp.


Nulmeting en monitoring
De evaluatie van de missie in Uruzgan heeft uitgewezen hoe belangrijk het is aan het begin van de missie doelstellingen en resultaatindicatoren vast te stellen om de voortgang te kunnen meten. Voor de geïntegreerde politietrainingsmissie is daarom aan de hand van het geïntegreerde missieontwerp (GMO) een aantal resultaatindicatoren geïdentificeerd. Deze vormen het uitgangspunt voor de door de NGO CPAU uitgevoerde contextanalyse en perceptiemeting (nulmeting), waarover in de vorige stand van zakenbrief is gerapporteerd. De resultaatindicatoren zijn opgesomd in de nulmeting (CPAU: Contextual Analysis of
Police and Justice System in Kunduz, 2011 Baseline Assessment). De voornaamste indicatoren, onderverdeeld per thema zijn:

Civiele Politie
• Omvang tashkeel en verdeling man-vrouw
• Gepercipieerde capaciteit om veiligheid te bieden
• Mate van vertrouwen in de politie
• Mogelijkheid om klachten in te dienen
• gepercipieerde oneerlijke behandeling/corruptie

Samenwerking Politie - Aanklager
• Bekwaamheid van politie en aanklagers in termen van opleidingsniveau,
tijdigheid en de gepercipieerde professionaliteit
• Gepercipieerde corruptie en beïnvloeding door invloedrijke groepen

Justitiesector
• Mate van vertrouwen in de justitie-instellingen
• Mate waarin geschillen naar de justitie-instellingen worden verwezen
• Gepercipieerd respect voor basisrechten en gelijke behandeling
• Mogelijkheden voor rechtsbijstand
• Tijdigheid van behandeling van zaken
• Gepercipieerde corruptie.

Bewustzijn/toegang tot het recht
• Toegankelijkheid van de verschillende justitie-instellingen
• Gepercipieerde gelijke kansen t.a.v. behandeling door justitie-instellingen.


Aan de hand van deze indicatoren kan enerzijds worden gemeten welke concrete output wordt behaald en anderzijds hoe de perceptie van de bevolking in Kunduz van politie en justitie zich ontwikkelt. Ten aanzien van dat laatste moet worden benadrukt dat het per definitie gaat om een subjectieve meting. Factoren als de
mate waarin sociaal wenselijk wordt geantwoord of geïnterviewden beïnvloed worden door anderen zullen onvermijdelijk een rol spelen. Toch kunnen opeenvolgende perceptiemetingen een beeld geven van de mate waarin het rechtsklimaat in Kunduz verandert en een zinvolle aanvulling geven op de objectieve, kwantitatieve gegevens die in de driemaandelijkse voortgangsbrieven worden gemeld. De geïntegreerde politietrainingsmissie zal haar activiteiten afstemmen op de uitkomsten van de voortgangrapportages en waar nodig aanpassingen doorvoeren.

Thema Civiele politie

Basisopleiding


De afgelopen periode hebben de tien Nederlandse KMar-instructeurs op het German Police Training Centre (GPTC) de achtweekse basisopleiding of Initial Police Training Course (IPTC) gegeven. De KMar-instructeurs verzorgen sinds korte tijd ook de Junior NCO-opleidingen voor het lager politiekader als deel van de Non-Commisioned Officers Course (NCO-course). De NCO-course bestaat uit het IPTC-deel, zes weken alfabetisering (naar behoefte) en acht weken Junior NCO-opleiding. Vrijstelling voor het IPTC-deel kan worden verleend aan lager politiekader met aangetoonde ruime werkervaring. Bij de door KMar-instructeurs gegeven Junior NCO-opleiding worden zij ondersteund door Afghaanse instructeurs die in een train-the-trainer programma door EUPOL trainers zijn opgeleid. Goed functionerend lager politiekader komt na een aantal jaren werkervaring in aanmerking voor een vierweekse senior NCO-opleiding die door EUPOL wordt verzorgd.


De KMar-instructeurs verzorgen daarnaast maatwerkopleidingen voor vrouwen om daarmee te voorzien in een in de praktijk geconstateerde behoefte. Het betreft op maat gemaakte trainingen waarmee zij beter in staat zijn zich te handhaven in hun moeilijke werkomgeving zoals aanhoudings- en zelfverdedigingstechnieken, fouilleren en EHBO.


Inmiddels hebben ongeveer 200 agenten een door Nederlanders gegeven basisopleiding of Junior NCO-opleiding voltooid en zijn ongeveer 140 agenten en functionarissen van het lager politiekader in opleiding.

Police Mentoring and Liaison Teams (POMLTs)
De afgelopen periode hebben de POMLTs zich gericht op een kwaliteitsimpuls aan de individuele agenten in het district Kunduz door opleiden, trainen en praktijkbegeleiding. Eind februari is een POMLT ook gestart met activiteiten in het district Khanabad. Daardoor krijgen nu ook agenten uit Khanabad de aanvullende
tienweekse opleiding of Advanced Police Training Course (APTC). De agenten uit Khanabad die hiervoor zijn aangewezen volgen de theorielessen op hetzelfde kamp als de agenten uit Kunduz. De omvang van de groep is nog gering omdat het gewone politiewerk in Khanabad ook gewoon doorgaat en een deel van de
agenten eerst de basisopleiding volgen. De afspraken die over de deelname zijn gemaakt met de Provincial Chief of Police (PCoP) worden daarbij redelijk tot goed nageleefd door de verschillende Afghaanse ondercommandanten.


De leiding van de AUP in de provincie geeft aan welke onderwerpen zij belangrijk vindt, zodat de POMLTs daar als eerste aandacht aan kunnen besteden. Voorbeelden hiervan zijn Counter-Improvised Explosive Devices (C-IED), EHBO en kaartlezen. Op deze wijze kunnen de onderwerpen uit de APTC afgestemd op de behoefte worden behandeld.


De POMLTs hebben naast het geven van de aanvullende tienweekse opleiding ook maatwerkprogramma’s verzorgd. Hierbij werd ingespeeld op in de praktijk geconstateerde behoeftes. Het betreft onder meer logistiek en verkeersgerelateerde werkzaamheden voor de AUP Highway Police en de AUP
Traffic Company.


Afhankelijk van de geboekte vooruitgang wordt de POMLT-begeleiding stapsgewijs gericht op andere politie-eenheden in de provincie Kunduz waar de veiligheid dit toelaat en community policing mogelijk is. In juni zijn de eerste POMLTactiviteiten in het district Aliabad gestart.


Inmiddels hebben ongeveer 60 agenten uit Kunduz en Khanabad de aanvullende tienweekse opleiding voltooid en zijn er ongeveer 40 in opleiding. Daarnaast zijn er ongeveer 125 maatwerkopleidingen gegeven.

Tracking & Tracing
In de afgelopen rapportageperiode is verder geïnvesteerd in het vullen van het door Nederland geïntroduceerde agentvolgsysteem PMS (Police Monitoring System). Het bevat alle persoonsgegevens van AUP agenten in Kunduz die door Nederland zijn opgeleid of worden begeleid. Van iedere agent is een gezichtsfoto opgenomen en indien van toepassing een kopie van behaalde certificaten of diploma’s. In het PMS wordt eveneens aangegeven of betrokkene is gebiometriseerd en of deze gegevens in het Nederlandse biometriesysteem zijn opgenomen. Daarnaast worden individuele voortgang en relevante persoonlijke vaardigheden, kenmerken en resultaten van cursisten vermeld. Ook door EUPOL aangeleverde data van AUP cursisten worden in het PMS ingevoerd.


Met partners wordt samengewerkt om na te gaan of door Nederland getrainde agenten in overeenstemming met de nationale politiestrategie worden ingezet. Met UNDP/LOTFA is afgesproken dat de missie navraag kan doen over data in het Electronic Payroll System ter verificatie met de data in het PMS over de verblijfplaats of werkplek van een AUP agent, om zeker te stellen dat de missie goed op de hoogte is van de locatie van door haar getrainde agenten. Daarnaast worden de dagelijkse ISAF/RC(N) operatieplannen (voorafgaand aan actie) en rapportages (na afloop van acties) gecontroleerd op de wijze waarop agenten van de AUP in Kunduz worden ingezet. Bij vermeende schendingen van de afspraken die met de Afghaanse autoriteiten zijn gemaakt over civiele inzet van door Nederland getrainde agenten, wordt gericht onderzoek uitgevoerd, in samenwerking met de AUP. Als blijkt dat een agent niet volgens afspraak is ingezet, worden de Afghaanse autoriteiten hier op aangesproken en wordt bekeken of nadere maatregelen nodig zijn. Tot op heden zijn geen schendingen geconstateerd. In de Afghaanse werkelijkheid is geen methode waterdicht, maar de gekozen werkwijze functioneert naar tevredenheid.

De missie deelt haar expertise en opgedane ervaringen op het terrein van tracking & tracing met de coalitiepartners, om hen te ondersteunen bij de verbetering van hun eigen methodes. Het Amerikaanse bataljon, het GPTC en het Duitse PRT zijn in het bezit van een vertaalde versie van PMS.

Community policing
In de afgelopen rapportageperiode zijn verschillende activiteiten georganiseerd om de bevolking en de politie met elkaar in contact te brengen. Zo heeft GIZ de afgelopen periode negen neighbourhood comittees, negen steering committees en zes community dialogues opgericht. In de neighbourhood committees worden klachten en aanbevelingen van de bevolking besproken. Vervolgens vindt in de steering committees hierover overleg plaats met de commandant van het desbetreffende Police Sub Station (PSS). De community dialogues bieden een platform waar burger en politie hun wensen en werkwijzen kenbaar kunnen maken. Hierdoor ontstaat er meer begrip en uiteindelijk samenwerking op veiligheidsgebied.

De politiecommandanten ervaren het betrekken van de lokale bevolking bij het politiewerk als positief en zien een duidelijke meerwaarde in het actief meehelpen door de lokale bevolking met het signaleren en oplossen van misdrijven. De missie versterkt dit samenwerkingsproces door middel van een informatiecampagne voor de bevolking in Kunduz, waarbij onder meer via lokale radiostations uitzendingen
worden verzorgd. Thema’s die hierbij aan de orde komen zijn de rol van de politie en de wijze waarop de bevolking de politie kan benaderen. Ook zijn informatiebalies gecreeerd bij politiebureaus in de districten om de toegang van de bevolking tot de politiebureaus in de districten te vergroten.


Het community policing programma van GIZ heeft een extra impuls gekregen door het betrekken van de Nederlandse POMLTs bij de dialoog tussen de bevolking en de politie. De POMLTs gebruiken de hierbij opgedane informatie bij hun trainings- en mentoringsactiviteiten en werken zo aan het verbeteren van de communicatie met de bevolking over activiteiten van de AUP, zoals het opzetten van check points of het doen van huiszoekingen.

Alfabetisering
De alfabetiseringslessen van GIZ in de provincie Kunduz liggen op schema. Ongeveer 1200 agenten uit de hele provincie nemen op dit moment deel. De doelstelling is om iedere deelnemer minimaal gedurende een jaar twaalf uur per week les te geven. De lessen zijn toegespitst op de werkomgeving van de
cursisten en besteden in ruime mate aandacht aan mensenrechten, waaronder vrouwenrechten, huiselijk geweld en gezondheidszorg. Er vindt geregeld overleg plaats tussen GIZ en de missie over de voortgang van de cursisten en de inhoud van de lessen.

Versterking hoger en midden kader politie via EUPOL

Algemeen
Per 22 mei 2012 werken 53 Nederlanders in de EUPOL-missie in Afghanistan: 44
politiefunctionarissen en negen civiele experts.

Kaboel/ Afghanistan breed
Op het gebied van de professionalisering van de ANP richt EUPOL in Kaboel zich voornamelijk op de vergroting van de Afghaanse trainingscapaciteit. EUPOL heeft al verschillende train-the-trainer cursussen gegeven, gebruikmakend van mobiele trainingsteams, waaraan Nederlandse politiefunctionarissen en civiele experts een grote bijdrage leveren. Ook is een database opgezet met een overzicht van Afghaanse trainers. 


Verder is in april 2012 het Criminal Investigation College (voormalig bekend als CID Faculty) opgericht in het Afghaans geleid Central Training Centre (CTC) in Kaboel, zodat de Afghanen ook op het terrein van
recherche beter kunnen worden opgeleid. Daarnaast heeft EUPOL de afgelopen maanden een groot aantal trainingen verzorgd op het gebied van Police Command, Control and Communication (PC3), Intelligence Led Policing en Criminal Investigation, onder meer op het Staff College in Kaboel.


Binnen EUPOL hebben verschillende Nederlanders speciale aandacht besteed aan de positie en de training van vrouwen in de Afghaanse politie. Zo zijn twee tienweekse cursussen voor vrouwelijke onderofficieren (NCO) georganiseerd. Daarnaast zijn bijeenkomsten van een vrouwennetwerk voor politiefunctionarissen
georganiseerd om oplossingen te vinden voor de specifieke problemen waarmee deze groep binnen de politie wordt geconfronteerd, inmiddels hebben twee netwerkbijeenkomsten plaatsgevonden.


Een belangrijk aandachtsgebied voor EUPOL is de institutionele hervorming van het MOI. Het Nederlandse hoofd van de politiepijler en verschillende Nederlandse mentoren en adviseurs leveren hieraan dagelijks een bijdrage door op dit ministerie de Afghanen te begeleiden en van advies te voorzien.


Kunduz
Het CPJP-team is mede dankzij Nederland uitgebreid, waardoor EUPOL in Kunduz diverse mentorings- en trainingsactiviteiten kan aanbieden.


Sinds januari 2012 wordt de provinciale politiecommandant, Qatra, bij zijn werk geadviseerd door een Nederlandse EUPOL politiefunctionaris. Deze functionaris richt zich in zijn advisering met name op de management aspecten van de politie. Zo heeft Qatra met zijn team gesproken over welke opleidingsbehoefte er bij hen leeft om goed het werk te kunnen doen. Op basis van deze inventarisatie heeft EUPOL een Provincial Management Team Course (PMTC) opgesteld dat later dit jaar aan het team wordt gegeven en waarbinnen het strategisch plan voor de politie in de provincie wordt ontwikkeld.


Met de extra capaciteit die Nederland levert kan EUPOL ook de leiding van de verschillende politiebureaus in Kunduz stad continu maatgericht mentoren en adviseren. Nu de POMLTs ook in Khanabad werkzaam zijn, worden ook daar contacten gelegd voor mentoring van het hoger kader van de AUP. EUPOL heeft
haar mentoractiviteiten kunnen intensiveren, bijvoorbeeld bij de Chief Military Prosecutor, de Family Response Unit en de Human Rights Unit. Qua trainingen lag de nadruk deze periode op de training van de recherche (CID). Twintig rechercheurs, waaronder de medewerkster van de Family Response Unit, hebben
de cursus ‘capturing and securing evidence from witnesses’ voltooid. Verder zijn in mei tien deelnemers, waaronder een AUP agente, gestart met de vierweekse EUPOL- cursus Intelligence Led Policing.


Ook heeft EUPOL in mei de derde train-the-trainer cursus aan vijftien Afghanen afgesloten. Verder zijn managementtrainingen gegeven aan zeven leidinggevenden binnen de AUP. Tenslotte heeft EUPOL eind mei in samenwerking met de PTG een ‘Advanced Female Course’ van een week verzorgd voor de
vrouwelijke AUP agenten van de provincie Kunduz.


Thema Samenwerking politie – aanklager
De samenwerking tussen politie en aanklagers in Kunduz stad is de afgelopen periode volgens het Openbaar Ministerie sterk verbeterd. Ook advocaten zijn te spreken over de vooruitgang van de politie en melden dat de politie zich steeds beter houdt aan de wettelijke termijnen 


Recent is in Kunduz de tweede EUPOL Coordination of Police and Prosecutors (CoPP) training aan elf politiemedewerkers en elf aanklagers succesvol afgerond. Gedurende twee weken wordt een strafzaak van begin tot eind doorlopen. Deze door Nederland gefinancierde training wordt in 27 van de 34 Afghaanse provincies gegeven. Tussen maart 2011 en april 2012 heeft EUPOL in heel Afghanistan de CoPP training aan 373 politie- en justitiefunctionarissen gegeven.


EUPOL Kunduz geeft samen met GIZ vervolg aan deze cursus door mentoring on the job, waarbij EUPOL zich richt op Kunduz stad en GIZ op de districten. De mentoring vindt elke twee weken plaats en is gebaseerd op bestaande zaken.


EUPOL heeft verder forensische kits overgedragen aan de recherche unit in Kunduz stad, onder andere voor het veilig stellen van voetafdrukken. Deze maand nog wordt een meerdaagse workshop georganiseerd over het gebruik van deze kits.


Tot slot is in juni de zesdaagse EUPOL ‘Justice and Criminal Procedure Training’ gehouden, specifiek gericht op verbetering van de samenwerking tussen de recherche en het Openbaar Ministerie.

Thema Justitiesector
GIZ heeft de afgelopen periode de ondersteuning van Huqooq medewerkers voortgezet. Binnen het Ministerie van Justitie functioneert de Huqooq als de verbindende schakel tussen het formele rechtssysteem en het informele rechtssysteem zoals die in dorpsraden, Jirga’s en Shura’s, wordt gepraktiseerd. De Huqooq medewerkers zijn op districtsniveau actief en worden door GIZ getraind en voorzien van wetboeken en inventaris. Daarnaast worden gezamenlijke bijeenkomsten georganiseerd tussen Huqooq en vertegenwoordigers van politie, rechtbank, OM en de provinciale overheid om ook bij deze groep de kennis over de rol van de Huqooq te vergroten.


Deze zomer wordt gestart met de bouw van nieuwe kantoren voor de Huqooq en de aanklagers in de districten en van een kantoor voor het Afghaanse ministerie van Justitie in Kunduz. De bouwtijd wordt geschat op 6-9 maanden. De nieuwbouw zal de toegankelijkheid en de zichtbaarheid van de justitiële
instellingen naar verwachting enorm vergroten, vooral in de districten.

De Afghan Independent Bar Association (AIBA) is de afgelopen periode verder gegroeid naar 38 leden. AIBA heeft met hulp van Nederland twee advocaten in dienst genomen die dagelijks ter beschikking staan om juridische hulp te bieden aan vrouwen. Via het Department of Women’s Affairs (DoWA) worden vrouwen in nood doorverwezen naar deze advocaten. De advocaten hebben deelgenomen aan
een training over het recht op juridische bijstand, die door EUPOL speciaal aan AIBA en DoWA is gegeven.


Het Max Planck Institute for Comparative Public Law and International Law (MPIL) heeft in de afgelopen maanden trainingen gegeven op het gebied van landrecht voor rechters, medewerkers van het ministerie van Justitie, Huqooq personeel en advocaten. Ook heeft MPIL een training over juridische ethiek voor rechters
verzorgd.

Thema Verbetering bewustzijn, acceptatie en toegang tot het
rechtssysteem


Verbetering bewustzijn
In maart 2012 heeft in Kunduz stad een interactieve toneelvoorstelling plaatsgevonden over de bevoegdheden van de politie versus burgerrechten. Het toneelstuk zal vaker worden opgevoerd, ook in de districten. De BBC heeft de afgelopen periode personeel van een tweetal lokale radiostations getraind op het
gebied van de rechtsstaat. Beide radiostations zijn inmiddels met edutainment radiouitzendingen begonnen. De Nederlandse POMLTs hebben in samenwerking met de AUP in april 2012 een Shura bij de Universiteit van Kunduz gehouden, om de kennis van en bewustzijn over rechtsstaat en mensenrechten van studenten te
vergroten.

Toegang tot het rechtssysteem
In het kader van het project “Access to justice for women” heeft The Asia Foundation (TAF) tien mannelijke en negen vrouwelijke Community Dialogue groepen (CDG) ingesteld in verschillende districten in de provincie. Elke CDG wordt tijdelijk opgezet met het doel kennis over de rechten van vrouwen over te
dragen. Deze groepen verspreiden hun kennis via scholen, moskeeën, bijeenkomsten voor vrouwen, e.d. Ook worden de CDG’s actief ingezet om te bemiddelen bij conflicten in de huiselijke sfeer.

Ter uitvoering van de motie Voordewind/Peters van 24 november 2011 is € 1 miljoen vrijgemaakt voor de periode 2012 en 2013 om bij te dragen aan het UN WOMEN Afghanistan EVAW (Elimination of Violence Against Women) Special Fund. Uit dit fonds worden diverse lokale projecten op het gebied van geweld tegen vrouwen gefinancierd, waaronder twee opvanghuizen voor vrouwen.

Deel 3: Organisatie van de missie en overige zaken

Legering
De eerste twee permanente legeringsgebouwen zijn half juni opgeleverd. Naar verwachting wordt het derde legeringsgebouw in juli en het vierde en laatste legeringsgebouw alsmede het kantoorgebouw eind augustus 2012 opgeleverd. De oplevering heeft vertraging opgelopen onder meer door restricties met betrekking tot toegang van Afghaanse werknemers tot het kamp en werktijden.

F-16’s
De Air Task Force (ATF) is met vier Nederlandse F-16’s sinds 1 november volledig operationeel vanaf Mazar-e-Sharif (MeS). Zij ondersteunt de Nederlandse missie en coalitiepartners met het opsporen van bermbommen en het verzamelen van inlichtingen. Van 1 november 2011 tot 11 juni 2012 is tijdens reguliere vluchten vijf maal overgegaan tot wapeninzet in reactie op assistentieverzoeken ter bescherming van ISAF-troepen. Zoals met de Kamer besproken tijdens het algemeen overleg op 10 april jl. kunnen de F-16’s steun aan coalitiepartners in nood leveren, ook als zij op dat moment niet in de lucht zijn. De ATF staat hiertoe, in overleg met ISAF, een aantal uren per dag op een ground alert status.

Financiën
De actuele raming voor de inzet van Defensie en Veiligheid en Justitie in de Police Training Group, de Air Task Force (ATF) en de Nederlandse bijdrage aan verschillende ISAF-staven in 2012 bedraagt € 115 miljoen. De raming is ten opzichte van de vorige stand van zakenbrief van 12 maart jl. (Kamerstuk 27 925
nr 453) door kleine meevallers met € 1 miljoen verlaagd. De additionele uitgaven komen ten laste van de structurele HGIS-voorziening voor de uitvoering van crisisbeheersingsoperaties op de defensiebegroting, beleidsartikel 20 ‘Inzet’ (€ 110,2 miljoen) en de HGIS- voorziening voor civiele crisisbeheersingsmissies/uitzending politiefunctionarissen op de begroting van het ministerie van Veiligheid en Justitie (€ 4,8 miljoen).


De redeployment van het materieel uit Uruzgan is voltooid. Een deel van het materieel van de Air Task Force en het National Support Element uit Kandahar wacht nog op transport omdat vervoer over de grens tussen Afghanistan en Pakistan nog niet mogelijk is. Door deze vertraging bij het transport van materieel naar Nederland en de vertraging bij het afronden van de contracten voor reparatie en herstel, zal de laatste fase van de redeployment doorlopen tot in 2013. Hierdoor is de raming van de redeployment voor 2012 ten opzichte van de vorige stand van zakenbrief (€ 43 miljoen) verlaagd naar € 31,8 miljoen. Deze additionele uitgaven komen ten laste van de HGIS-voorziening voor crisisbeheersingsoperaties op de defensiebegroting.
Afhankelijk van de geboekte vooruitgang wordt de POMLT-begeleiding stapsgewijs gericht op andere politie-eenheden in de provincie Kunduz waar de veiligheid dit toelaat en community policing mogelijk is. In juni zijn de eerste POMLTactiviteiten in het district Aliabad gestart. Inmiddels hebben ongeveer 60 agenten uit Kunduz en Khanabad de aanvullende tienweekse opleiding voltooid en zijn er ongeveer 40 in opleiding. Daarnaast zijn er ongeveer 125 maatwerkopleidingen gegeven.

maandag 18 juni 2012

Generaal Van Uhm krijgt hoge Afghaanse onderscheiding

Commandant der Strijdkrachten generaal Peter van Uhm heeft maandag de Mir Masjedi Khan Ghazi ontvangen. Hij kreeg deze hoge Afghaanse medaille voor zijn bijdrage aan de politiemissie in Kunduz en de prestaties van het Nederlandse leger in Afghanistan.

Een woordvoerder van het ministerie van Defensie meldt dat generaal Van Uhm de hoge medaille van Afghanistan kreeg op voordracht van de Afghaanse president Hamid Karzai.

Enayatullah Nabiel, de Afghaanse ambassadeur in Nederland, reikte het gedenkteken in het ministerie van Defensie in Den Haag uit.

Generaal Van Uhm kreeg de onderscheiding voor zijn bijdrage aan de huidige politietrainingsmissie in Kunduz en de uitmuntende prestaties die de Nederlandse krijgsmacht eerder onder zijn leiding in Afghanistan heeft geleverd.

Vorige week ontving Van Uhm ook een hoge Australische onderscheiding. Hij werd benoemd tot Officier in de Orde van Australië.

Nederland leidde van augustus 2006 tot augustus 2010 voor de International Security Assistance Force (ISAF) van de NAVO de Zuid-Afghaanse provincie Uruzgan. De Australische troepen in deze provincie stonden onder bevel van Nederland.

Sinds de zomer van 2011 voert Nederland een politietrainingsmissie uit in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz om Afghaanse agenten te trainen.

Peter van Uhm volgde in april 2008 generaal Dick Berlijn op als Commandant der Strijdkrachten.

Generaal Tom Middendorp zal deze maand Van Uhm opvolgen als commandant van het leger. Van Uhm gaat met leeftijdsontslag.

Gevaren van de politietrainingsmissie in aflevering 5 van Dagboek Kunduz

De politietrainingsmissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz is niet zonder gevaar. Explosieven vormen in Kunduz een voortdurende dreiging voor de veiligheid en politietrainers kunnen betrokken raken bij aanslagen in Afghanistan.

Aflevering 5 van Dagboek Kunduz is getiteld “Missie niet zonder gevaar” en is gewijd aan risico's waar de politietrainers tijdens de missie mee om moeten gaan.

Politietrainer Jos was onlangs in de Afghaanse hoofdstad Kabul. In de buurt van zijn hotel werd een aanslag gepleegd. Explosievendeskundige Jochem, van de mariniers, spoort in Kunduz levensgevaarlijke explosieven op.

Tijdens patrouilles doen de Nederlanders er alles aan om springstoffen op te sporen en onschadelijk te maken.

Junior search advisor Jochem zegt dat werken met explosieven gelijk staat “met leven op het scherp van de snede”. Junior search advisor is de term voor “bommenadviseur”.

Jochem gaat in aflevering 5 de Afghaanse wegen af om bekend te raken met een risicovol gebied.

In de aflevering wordt ook een bezoek gebracht aan de Air Task Force (ATF) in Mazar-e-Sharif. Met F-16’s spoort deze eenheid onder meer bermbommen op.

Jochem neemt de kijker mee op een patrouille naar een buitenpost om de route op bermbommen te controleren.

Politietrainer Jos
In aflevering 5 komt ook politietrainer Jos (58) in beeld. Hij is docent aan de school van recherche. Hij heeft er nog helemaal geen zin in om met pensioen te gaan en de berg aan ervaring waarover hij beschikt wil hij juist overbrengen aan jonge knapen.

Jos is gespecialiseerd in drugs, forensisch onderzoek en illegale wapens. In Kunduz is hij de juiste man op de juiste plaats. Hij leert de Afghanen onder andere hoe ze op plaats delict voetafdrukken verzamelen of hoe ze goede getuigenverhoren afnemen.

Voor zijn werk was hij al eerder in Kabul, waar hij een paar weken geleden een bloedstollend moment meemaakte.

In de buurt van zijn slaapplek werd een aanslag gepleegd. Hij moest vijf uur in de bunker zitten, terwijl buiten het schieten doorging.

Jos gaat in deze aflevering van Dagboek Kunduz terug naar Kabul en bezoekt de plek van de aanslag. In de aflevering geeft hij de kijker ook een rondleiding in de bunker. Welke herinneringen zullen bovendrijven?

Dagblad De Telegraaf geeft in de indrukwekkende videoserie Dagboek Kunduz zes weken lang antwoord op de vraag wie de mensen zijn die een comfortabel leven in Nederland verruilen voor de zware omstandigheden in Afghanistan.

Negen deelnemers aan de missie hebben een camera meegekregen en filmen wat ze meemaken. Elke maandag en vrijdag is er een nieuwe afleveringen.

vrijdag 15 juni 2012

Eerste les aan Afghaanse agenten en oefening explosie bermbom in Dagboek Kunduz

Aflevering 4 van Dagboek Kunduz gaat over de eerste trainingen die de deelnemers aan de politiemissie in de Noord-Afghaanse provincie uitvoeren.

De militaire arts Beatrijs filmt een oefening waarbij gewonden zijn gevallen door de explosie van een bermbom. Niels geeft een les aan Afghaanse politieagenten.

Beatrijs (32) gaat naar de schietbaan buiten Kamp Kunduz waar een oefening wordt gehouden. Er is een bermbom ontploft en er zijn vijf gewonden gevallen die moeten worden verzorgd.

Ook Jochem en Oege presenteren zich in deze aflevering, die is getiteld “De eerste oefening”. Zij nemen deel aan de oefening met de explosie van de bermbom.

Oege is korporaal eerste klasse van de Landmacht. Hij helpt bij de ruiming van explosieven en is chauffeur van een Bushmaster, een gepantserd voertuig dat goede bescherming biedt tegen geïmproviseerde explosieven (improvised explosive devices/IED’s).

Jochem is marinier. Hij volgde een officiersopleiding en geeft in Kunduz leiding aan een aantal mensen.

Hij adviseert hoe manschappen buiten de poort van Kamp Kunduz levensgevaarlijke explosieven kunnen ontlopen en onschadelijk kunnen maken.

Niels maakt deel uit van een POMLT. Deze teams leiden Afghaanse politieagenten op en hij vertelt in deze aflevering hoe het lesgeven gaat aan de Afghaanse cursisten.

Zes weken lang geeft dagblad De Telegraaf antwoord op de vraag wie de mensen zijn die in Afghanistan de politie opleiden en de rechtsstaat proberen te versterken.

Hierbij filmen 9 deelnemers aan de politietrainingsmissie in Afghanistan hun werkzaamheden. Elke maandag en vrijdag is er een nieuwe aflevering van Dagboek Kunduz.


donderdag 14 juni 2012

Rechtssysteem Kunduz laagdrempeliger na nieuwbouw gerechtskantoren

Met de bouw van 13 kantoren in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz voor onder meer het ministerie van Justitie en het Openbaar Ministerie wordt de toegang tot het recht laagdrempeliger. De bevolking kan makkelijker advies inwinnen en het draagt ook bij aan de ontwikkeling van Afghanistan.

Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie woensdag gemeld. Voor de bouw van de panden, die worden gefinancierd door Duits-Nederlands samenwerking, gaf gouverneur Muhammad Anwar Jegdalek van de Noord-Afghaanse provincie woensdag het startsein.

Financiering en uitvoer
Het project wordt betaald door Duits-Nederlands samenwerking en uitgevoerd door onder meer de Duitse ontwikkelingsorganisatie Gesellschaft für Internationale Zusammenarbeit (GIZ) en Afghaanse partners.

Recht laagdrempeliger voor bevolking
Het doel van de nieuwe gebouwen is de toegang tot het recht laagdrempeliger te maken en een bijdrage te leveren aan de verbetering van het regionale rechtssysteem.

“Na oplevering van de gerechtskantoren kunnen rechters, aanklagers en justitieambtenaren beter hun werk doen en krijgen zij meer aanzien,” aldus het ministerie van Defensie.

Voor de bevolking betekent de komst van 6 zogeheten ‘huqooq offices’ dat het gemakkelijker wordt om bij een geschil juridisch advies in te winnen.

Bovendien spelen de gebouwen een belangrijke rol op het gebied van bemiddeling.

De kantoren bevinden zich niet alleen in Kunduz-Stad, de provinciehoofdstad van Kunduz, maar ook in andere districten in de provincie.

Fundament vooruitgang
Civiel vertegenwoordiger Simon van der Burg en kolonel der mariniers Jarst de Jong, de huidige commandant van de Nederlandse Politietrainingsgroep (PTG 3), waren bij de aftrap van het project aanwezig.

Simon van der Burg zegt dat het bij de komst van de gerechtskantoren niet alleen gaat om een laagdrempelige toegang tot het recht.

Hij zegt in de verklaring van het ministerie van Defensie: “Tegelijkertijd leggen we hiermee ook het fundament voor verdere ontwikkeling en economische vooruitgang in Afghanistan.”

Naast het trainen van de politie, het opbouwen van de rechtsstaat speelt ook de wederopbouw van Afghanistan een belangrijke rol.

Opbouw rechtsstaat
De bouw van de gerechtsgebouwen maakt deel uit van het Nederlandse rechtsstaatontwikkelingsprogramma.

De politietrainingsmissie in Kunduz richt zich niet alleen op de opleiding en training van civiele politieagenten in de provincie, maar ook op het versterken van de justitiële keten.

Daarbij richten beide initiatieven zich op het vergroten van het vertrouwen van burgers in het recht.

Aan de Nederlandse politietrainingsmissie in Afghanistan nemen 545 manschappen deel.

Naast politietrainers zijn er ook deskundigen van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Veiligheid en Justitie en Ontwikkelingssamenwerking aan de missie verbonden.

woensdag 13 juni 2012

Stembussen voor militairen missie Kunduz

Het ministerie van Defensie zet op 12 september stembussen neer voor Nederlandse militairen die in Kunduz of Mazar-e-Sharif in het noorden Afghanistan zijn gestationeerd.

Dat heeft de NOS dinsdag gemeld. Op deze manier kunnen militairen daar hun stem voor de Tweede Kamer-verkiezingen van 12 september uitbrengen.

Aan het einde van de dag worden de bussen verzegeld en naar Nederland gestuurd. Op een stemkantoor worden de stemmen daarna geteld.

Volgens de NOS is het voor het eerst dat uitgezonden militairen ter plaatse kunnen stemmen. Tot nu toe konden zij dat alleen doen per brief of door iemand in Nederland te machtigen.

Om te kunnen stemmen in Kunduz of Mazar-e-Sharif moeten de 540 militairen wel eerst een stemformulier aanvragen bij hun eigen gemeente.

Defensie komt met de plaatsing van de stembussen tegemoet aan een oproep van bijna de hele Tweede Kamer uit 2009. De Kamer stemde toen in met een motie van D66-leider Alexander Pechtold.

Pechtold vroeg het kabinet stemmen op militaire bases mogelijk te maken. Alleen de PVV was tegen die motie.

D66-Kamerlid Wassila Hachchi heeft zich tevreden getoond over het initiatief van Defensie. Ze vindt het een mooi signaal richting de bevolking van Kunduz, die met hulp van de Nederlanders werkt aan de opbouw van een democratische rechtstaat.

Defensie zegt het “van het allergrootste belang te vinden dat militairen die zich inzetten voor het herstel van de democratie ook zelf aan hun democratische rechten en plichten kunnen voldoen”.

In Kunduz zijn ongeveer 350 Nederlandse soldaten en politiefunctionarissen gelegerd die de Afghaanse politie opleiden en het Afghaanse rechtssysteem proberen te versterken.

In Mazar-e-Sharif zijn onder meer de Air Task Force (ATF) met 4 F-16’s en het Contingentscommando gestationeerd.