Minister Uri Rosenthal (Buitenlandse Zaken) heeft gezegd dat de politieagenten die Nederland opleidt tijdens de politiemissie in de Noord-Afghaanse provincie Kunduz niet zullen deelnemen aan offensieve militaire acties.
De minister reageert hiermee op berichten van de Volkskrant en RTL Nieuws waarin wordt gemeld dat Samiullah Qatra, de politiecommandant van de provincie Kunduz, heeft verklaard dat Afghaanse agenten die door Nederland worden opgeleid mogelijk ook worden ingezet bij gevechten tegen de Taliban.
De NOS meldt dat een woordvoerder van Rosenthal heeft laten weten dat de Nederlandse regering met de Afghaanse autoriteiten heeft afgesproken dat door Nederland getrainde politieagenten ingezet worden voor civiele taken, zoals beschreven in de Afghaanse Nationale Politie Strategie.
Hiermee herhaalt Rosenthal wat hij al eerder dit jaar aan de Kamer meldde, maar waar nu dus na uitlatingen van Qatra opnieuw twijfel over is ontstaan.
De woordvoerder zei verder: “De door Nederland op te leiden politie wordt dus niet ingezet voor offensieve militaire acties. Tijdens mijn bezoek aan Kunduz zijn deze afspraken herbevestigd. De uitspraken van de Afghaanse politiecommandant Qatra zijn daarmee in lijn.”
De oppositiepartijen GroenLinks en de ChristenUnie gezamenlijk, en de SP en de Partij voor de Dieren afzonderlijk, hebben ondertussen Kamervragen gesteld naar aanleiding van de uitlatingen van politiecommandant Qatra.