dinsdag 1 mei 2012

Kolonel Van der Zee en Wolters bezoeken Mujahiddeen Victory Day in Afghanistan

De Nederlandse commandant van de politietrainingsmissie, kolonel Nico van der Zee, en Matthijs Wolters, de civiele vertenwoordiger in Kunduz, hebben gezamenlijk Mujahiddeen Victory Day op kamp Pamir bezocht.

Dat heeft een woordvoerder van het ministerie van Defensie dinsdag gemeld. Tijdens deze jaarlijkse festiviteit wordt herdacht dat de Mujahiddeen de socialistische regering in 1992 in Afghanistan omverwierpen.

Mujahiddeen Victory Day wordt op 28 april gevierd.

De compagnie van de Police Operational Mentoring and Liasion Team (POMLT) maakte gebruik van de gelegenheid om bij een politiepost in Kunduz de voorbereidingen van de veiligheidsmaatregelen voor deze feestdag te mentoren, aldus Defensie.

Kolonel Van der Zee is intussen op 29 april afgelost door zijn ranggenoot Jarst de Jong.

De taak van de POMLTs is om Afghaanse agenten op straat en op de politiebureaus te trainen en te coachen.

Volgens mensenrechtenorganisaties is Mujahiddeen Victory Day ook omstreden, omdat de krijgsheren die Mujahiddeen-groeperingen leidden zich schuldig hebben gemaakt aan gruwelijke oorlogsmisdaden.

De Mujahiddeen (strijders in een helige oorlog, jihad) streden tegen de bezetting van 1979 tot 1989 door de Sovjet-Unie van Afghanistan.

De Russische bezetting kostte aan 1,5 miljoen Afghanen het leven.

Nadat de Russen zich hadden teruggetrokken bleef het als communistisch aangeduide bewind van president Muhammad Najibullah, dat door Moskou aan de macht was geholpen, aan het roer.

De Mujahiddeen voerden hun strijd tegen dit bewind voort en wisten in 1992, na een uiterst bloedige burgeroorlog, Najibullah af te zetten.

Najibullah wist te vluchten naar het gebouw van de Verenigde Naties in Kabul.

De nederlaag van Najibullah leidde tot een voortzetting van de burgeroorlog toen Mujahiddeen-groeperingen, die nog gezamenlijk tegen de Sovjet-Unie en Najibullah vochten, zich tegen elkaar keerden in een strijd om de macht.

Er vielen tienduizenden doden, honderdduizenden mensen raakten ontheemd en het geweld scheurde het land uiteen.

Kabul werd vrijwel verwoest tijdens het conflict. Groeperingen verdeelden wijken op onder zichzelf.

In 1996 veroverden de Taliban Kabul. President Najibullah haalden zij uit het gebouw van de VN en vermoordden hem.

De Taliban probeerden aansluitend de rest van het land te veroveren en zo duurde de burgeroorlog voort in Afghanistan.

In 2001 werd het bewind van de Taliban afgezet door een internationale coalitie onder leiding van de VS omdat de radicaalislamitische moslimgroepering onderdak bood aan Osama bin Laden, de leider van Al-Qaida, die verantwoordelijk wordt gehouden voor de aanslagen van 11 september op de VS.

Vervolgens wisten de Taliban zich te reorganiseren en duurt de oorlog in Afghanistan tot op de dag van vandaag voort.


Aantekening

Geen echte overwinning
Het Afghaanse TOLO News meldde zaterdag dat de inwoners van de provincie Balkh, de buurprovincie van Kunduz, zeggen dat ondanks dat het een “overwinningsdag” wordt genoemd er geen echte overwinning was.

De Mujahedeen faalde om een eensgezinde regering in Afghanistan te installeren, en gleed af naar een burgeroorlog.

“The residents of Balkh said that despite calling the day a "victory", there was no real victory with the failure of the Mujahedeen to establish a united government for Afghanistan, instead sliding into civil war.”


Prominente Mujaheddeen-krijgsheren tevens oorlogsmisdadigers (lijstje 2007)
Prominent among members of the National Front were former president Burhanuddin Rabbani, Karzai's chief of staff Abdul Rashid Dostum, former Defense Minister Qasim Fahim, Minister for Energy and Water Ismail Khan, the speaker of the lower house of the Afghan parliament, Mohammad Younus Qanuni, President Karzai's deputy, Ahmad Zia Massoud, and Shia leader Syed Mustafa Kazimi.

All the above names were included in the report (van Human Rights Watch) which had demanded punishment for them under international war crimes law.